TEKSTKANON ADELE
De Britse zangeres Adele moet wel een voorschot op levenswijsheid hebben, hoe kan ze anders op haar 19de, 21ste en 25ste in totaal drie cd’s vol zingen met songs over gebroken en verloren liefde. Over vertwijfeling en nauwelijks de volgende stap durven zetten. We luisteren naar een rasartiest, die niet schroomt toe te geven dat veel van haar teksten autobiografisch zijn. I ain't done much healing, zingt ze op haar derde cd. Adele deelt veel van haar leven en is duidelijk nog niet op haar eindbestemming.
Ze opent optimistisch op 19. In Daydreamer zingt ze: I will find him sittin' on my doorstep, and I can tell that he'll be there for life. Maar één nummer verderop slaat de stemming al om. Adele schrijft de ellende van zich af, vaak als ze dronken is, om later nuchter de tekst te redigeren. De frequentie van nieuwe liedjes is niet groot, soms maar vijf per jaar.
Twee jaar later komt haar tweede album waarmee ze definitief doorbreekt. Ze zet regen in brand en nestelt zich met haar originele songs in de harten van meerdere generaties. Haar teksten zijn ontwapenend en stemmen tot nadenken. Misschien is haar succes te danken aan haar eerlijkheid en het kwetsbare in wat ze van zichzelf laat zien. Hoe vaak hoor je een tv-persoonlijkheid zeggen: ‘I go from ‘Oh, my God, I love you’ to ‘Get the fuck out of my house!’ really quickly.’ Ze is anders, onvoorspelbaar. In een wereld waar iedereen op tv mediatraining ondergaat, valt Adele op door haar soms tenenkrommend gedrag (‘I am quite loud and bolshie’ = onhandelbaar). Cockney to the core, noemt schrijver Marc Shapiro haar in z’n biografie Adele. Cockney is het Londense dialect dat ze spreekt; to the core betekent ‘tot op het bot’. Zonder met haar ogen te knipperen geeft ze op tv toe dat ze haar eigen Twitteraccount niet zelf beheert. Ze kent het wachtwoord niet eens. ‘Ik zou zomaar de stomste dingen zeggen. Dat doe ik nu eenmaal.’ Adele is blij dat ze weerstand krijgt van haar directe omgeving. ‘Iedereen zegt maar ‘Nee’ tegen me, maar dat is beter dan een verwaande trut worden.’ Haar quotes vertalen is vaak zonde: ‘I don’t like people blowing smoke up my ass.’
Adele blijft zichzelf en verloochent haar afkomst niet: een één-oudergezin in Tottenham, Noord-Londen, waar ze op 5 mei 1988 werd geboren als Adele Laurie Blue Adkins. Tottenham is geen Wassenaar. Integendeel, een van de mindere wijken van de stad met een hoge werkloosheid en veel immigranten. Als kind zat ze met overwegend migranten in de klas. Haar moeder Penny speelde een belangrijke rol in Adele’s ontwikkeling op het gebied van muziek. Ze nam een driejarige Adele mee naar een concert van The Cure. Het gezin verhuisde enkele malen naar nettere buurten en Penny bleef de muzikale ontwikkeling van haar kind prioriteit geven. Muziekles, veel concertbezoek en een eerste optreden in het openbaar op haar elfde. Muziek bleef daarna een blijvende factor in haar leven. Adele liep Richard Russell tegen het lijf en hij bood haar een kans op z’n platenlabel XL Recordings. ‘De enige boodschap van Adele is muziek, geen seksualiteit of iets dergelijks’, aldus Russell. Adele laat zich beïnvloeden door Etta James en Pink. ‘Ik heb altijd een voorkeur gehad voor liedjes over stukgelopen relaties, daar kan ik tot tranen toe in meegaan. ‘Troy’ van Sinéad O’Connor is zo’n nummer.’
Adele is de ware working class hero. Ze gaat nog steeds met haar vroegere vriendinnen incognito naar concerten in Glastonbury. Voor journalisten is ze het onderwerp voor een dromeninterview, met unieke quotes, zoals deze: ‘Ik was gelukkig toen ik geen geld had en ik zou weer gelukkig zijn, als ik het niet meer had.’ Ja, het geluk lacht haar toe!
Hello op het derde album is echter meteen weer melancholisch. We luisteren naar een jonge vrouw, die schijnbaar al een heel leven achter de rug heeft, terwijl haar leeftijdsgenoten nog maar net beginnen. Een vrouw ook die onbeschaamd een inkijkje geeft in de gedachtewereld van de moderne vrouw. Dat is waarom onze mond open valt. We both know we ain't kids no more. Adele is alive! En wat een tekstkanon!